dinsdag 18 oktober 2016

Even iets moois nr. 260 - Van polder tot kust...

De afgelopen twee weken leverden een aantal aardige plaatjes op. Ook wat ervaring opgedaan met het zoeken naar minder saaie achtergronden en zo...




In de Krimpenerwaard tref ik een jagende Blauwe Reiger. Toch maar even de auto stilzetten en zien of er iets spannends gebeurt. Jawel, hij vangt een muis. Even opgooien, met de kop naar voren manoeuvreren en hoppa: piepend en trappelend verdwijnt de muis in het ruime keelgat van de reiger. Zo gaat dat in de natuur: eten of gegeten worden...





Een Fazantenman laat mooi zijn verenpak zien, en zijn aanwezigheid horen...





In de haven van Stellendam tref ik deze Grote Mantelmeeuw. Ik rij voorzichtig een stukje vooruit, een stukje achteruit, totdat ik de blauwe romp van een vissersboot als achtergrond heb. Da's veel mooier dan een egale lucht (vind ik.)
Voor mantelmeeuwen heb ik een zwak. Eigenlijk bestaat mijn leven uit twee delen: de tijd vóór ik mijn eerste mantelmeeuw zag, en de tijd daarna. Ik moet een jaar of 10 zijn geweest en volgde ademloos die allereerste donkergrijze vleugelslag boven de Hollandse IJssel...





Grappig gezicht, zo'n rijtje Scholeksters. Net drie dominees...





Bijzonder flauw van Rijkswaterstaat, om de spui in de Brouwersdam op een akelig effectieve manier te omhekken. Je kunt er niet meer om heen, ook niet erover heen of er onder door. De meestal aanwezige zeehonden zien we nu alleen nog maar van grote afstand.





Lastig, het determineren van onvolwassen meeuwen. Ik hou het op een juveniele Grote Mantelmeeuw, maar waar het me hier om gaat: ik wilde graag de saaiheid van een egale achtergrond zien te vermijden, en wachtte daarom tot er een auto langs kwam. De meeuw wilde desgevraagd wel even meewerken.





Ook bij deze Aalscholver vroeg ik me af of een stukje 'rommelige' achtergrond wat zou toevoegen. Eigenlijk wel, vind ik. Er valt meer te zien zo.





Oei, hier weer het dilemma welke meeuwen we nou eigenlijk zien. De kleinste een Zilver- en de grootste een Grote Mantelmeeuw? En even op handen en voeten rondkruipen, op zoek naar een verhalende achtergrond.





Bij de Koudekerkse inlaag tref ik een Kievit aan, eentje van dit jaar. We zien dat aan het geschubde verenkleed op zijn rug en aan zijn korte kuif. Kieviten trekken deels weg en overwinteren deels aan de kust of in de polders.





Oh la la; deze Slobeend stond vooraan toen de snavels werden uitgedeeld... Vooral in zomerkleed zijn het prachtige eenden.





Een Wintertaling, slobberend in het ondiepe water. Leuke, kleine eendensoort. Ik word altijd vrolijk van hun zangerige 'pri-pri' geroep.



1 opmerking:

  1. Hallo Gerrit, mooie serie. Ooit heb ik ook met het dilemma gezeten welke meeuwen zie ik nu. Heb me er toen goed in verdiept en er een Blog aan gewijd. Wellicht heb je er iets aan zie http://benvandenbroek.blogspot.nl/search?q=meeuwen+herkennen
    Gr. Ben

    BeantwoordenVerwijderen